Padvinders en strips worden niet zelden geassocieerd met voorbije tijden, zeker in Nederland. Beide zijn het onderwerp van nostalgische gevoelens, met name onder degenen die hun jeugdjaren al enkele decennia achter zich hebben. Maar anders dan vaak verondersteld wordt zijn zijn beide fenomenen springlevend. Ze vertonen bovendien een vitaliteit die schuilgaat achter relatief nieuwe benamingen. De padvinders van weleer presenteren zichzelf inmiddels al weer enige tijd als 'scouts' in navolging van hun collega's in de Engelstalige - en in mindere mate ook de Franstalige - wereld. Het oude vertrouwde medium van het stripverhalen is op zijn beurt een nieuw leven begonnen onder de - eveneens Engelstalige - noemer 'graphic novel'.

Ongebondenheid is de rode draad in het leven van Rupert van der Linden (1930). Het bracht hem successen, maar geen landelijke bekendheid. Daarvoor verliep zijn loopbaan te grillig. Van der Linden maakte begin jaren 1960 samen met de onlangs overleden Jan Blokker de krantenstrip Mr. Van Kwikschoten. Daarnaast heeft hij tekenfilms, puzzelcartoons, politieke prenten, illustraties, schilderijen en andere kunstwerken op zijn naam staan.

Geschiedenis is zijn passie. Voor De onthoofde arenden schreef Patrice Pellerin (2 november 1955, Brest) mee aan het script. Hij maakte een paar delen Roodbaard, kreeg de smaak te pakken en wilde zijn eigen held creëren. Dit werd de piraat/spion De Havik, die acteert in de 18e eeuw en zwaar leunt op Roodbaard. De Havik is uitgegroeid tot één van de meest populaire zeevaartstrips van de afgelopen tijd. Opvallend is Pellerins oog voor het detail; vooral zijn afbeeldingen van de schepen uit die tijd zijn een lust voor het oog.

Eén van Nederlands grootste naoorlogse schrijvers, Harry Mulisch, is niet meer. De verschijningsfrequentie van Stripschrift staat niet toe dat wij dat slechts als nieuwsfeit melden. Terugkijkend op de week na zijn overlijden, herinneren we ons de enorme aandacht die de media aan Mulisch schonken. Er waren extra journaals, de uitvaart werd rechtstreeks verslagen, Mulisch stond op elke voorpagina (behalve die van Metro, want die was verkocht aan BNN's serie Feuten). De Volkskrant opende met maar liefst negen pagina's, en elke BN'er had desgevraagd een snedige Mulisch-anekdote paraat (Theodoor Holman wist in Het Parool zelfs Oh oh Cherso's Barbie tot een reactie te verleiden...). Net als bij zijn geboorte was er een vulkaanuitbarsting, en de door Mulisch geliefde kosmos deed er nog een regenboog bij. Kortom: welhaast een Koninklijke Dood.

Met veel moeite parkeert een grote stationwagen voor de deur van stripwinkel Lambiek. Twee jonge vrouwen, met een Aziatisch uiterlijk, kijken geïnteresseerd toe. De dames Tamaki, auteurs van de tot nadenken stemmende beeldroman Skim zijn gearriveerd in Amsterdam. Scriptschrijfster Mariko Tamaki en haar nicht, tekenaar Jillian Tamaki, maken een tour door Nederland en België omdat hun grafische roman Skim in het Nederlands is verschenen. Mariko Tamaki (1975) is schrijver en doceert creatief schrijven in Toronto. Haar nicht Jillian Tamaki (1980) is illustrator en woont in Brooklyn, New York.

Pure stripbladen met een gevarieerd aanbod voor de jeugd bestaan eigenlijk niet meer in Nederland. Maar kommer en kwel is het zeker niet. De markt, waar geduchte concurrentie bestaat, is alleen veranderd. Stripachtige jeugdbladen worden opgehangen aan één serie, een thema of naam, een tv-zender of -programma of een animatiefilm. Uitgaven zijn veel meer afgestemd op specifieke leeftijdsgroepen. Eigen stripverhalen komen nauwelijks voor; het gaat veelal om studio- en licentiewerk. Vervolgverhalen zijn ingeruild voor afgeronde strips, die meestal slechts een onderdeel vormen van een totaal pakket aan lezersvermaak. Symbolisch is het oprukkende extraatje dat bij veel bladen als verkooplokkertje op het omslag is geplakt.

Tekenaar Thomas Du Caju (1970, Oostende, België) maakte zijn debuut met de stripreeks Sabbatini. Inmiddels richt hij al zijn aandacht op de serie Betty & Dodge, waarvan deel vier, Aanslag op Engeland, kortgeleden is verschenen. Met Du Caju als tekenaar en Jean-Claude van Rijckeghem (1963, Gent, België) èn Pat van Beirs (1954, Gent, België) als scenaristen, is Vlaanderen weer een actuele striptelg rijker. Hoewel, actueel... Betty & Dodge speelt zich af in de roerige jaren 1930. Volgens Du Caju en Van Beirs is deze periode genoeg voor een heuse stripreeks die voorlopig nog tot 2037 kan voortduren.

In de collectie Nederlandse Stripparels van uitgeverij Stripstift verscheen onlangs De familie Aepebroeck, een avontuur bedacht en getekend door de Amsterdams-Limburgse kunstenaar Harry Buckinx (1944-1995). Een mooie aanleiding om in vogelvlucht met enkele naasten terug te kijken op het veel te korte leven van deze auteur.