Artikelen

Stripschapprijs schittert voor Schreurs

Hè hè. Twintig jaar na publicatie van zijn eerste album mag Eric Schreurs (Leiden 1958) eindelijk de Stripschapprijs in ontvangst nemen. Zelden was de prijs meer verdiend, want geen enkele Nederlandse tekenaar doorbreekt zo veel grenzen en betreedt zo veel onverkend terrein als deze koning van de vunzigheid. Ter illustratie van 's mans vakmanschap een overzicht van zijn negen grootste kwaliteiten. Lees, kijk en geniet. Of walg.
door Harry Wibier
Stripschrift 346
Dulieu-dossier 6

De huidige avonturen van Paulus

'Broersma verbouwt uw garage in een hup, tot een levensechte pub!' Er zijn maar weinig vrouwen in Nederland die zoals ik veel op de weg zitten. En om me niet teveel te storen aan het haantjesgedrag van veel van mijn medeweggebruikers maak ik er een sport van om onderweg leuke slagzinnen te ontdekken. Op vrachtwagens en gewoon langs het asfalt is heel wat geks te ontdekken! Enige weken terug reed ik op weg naar Harlingen achter een auto met 'De Meulder, Assen - Best in boskabouters'. Ook wel aardig, maar een tikje vreemd. Ik ken namelijk maar één boskabouter en ik was bovendien op weg naar een nieuwe tentoonstelling over dat mannetje. Voor alle duidelijkheid, die Paulus-tentoonstellïng is niet in Harlingen, maar in West-Terschelling. Anno 2002 blijkt Paulus nog steeds verrassingen voor me in petto te hebben. Want kwam ik er pas in de zeventiger jaren achter dat Paulus' schepper Jean Dulieu geen Parijzenaar maar een Amsterdammer was, nu blijkt de boskabouter weliswaar in de hoofdstad te zijn geboren maar op Terschelling zijn opvoeding te hebben genoten. In feite is de boskabouter dus een wadkabouter en dat willen die eilanders graag weten! Vandaar dat ze de ontstaansgeschiedenis van 'hun held' in een museum op West-Terschelling in beeld hebben gebracht. Het museum dat eerder hoge ogen gooide met Kapitein Rob, wist de afgelopen maanden duizenden Paulus-kijkers te trekken.
door Annette Wouters
Stripschrift 346
De 'Golden Age' van de Amerikaanse strip in romanvorm

Michael Chabon schrijft 'Great American Novel'

Mede door het succes van de Spiderman-film staan de Amerikaanse superheldenstrips momenteel weer volop in de belangstelling. Dat zal nog wel even doorgaan, want er staat ook een Hulk-film in de planning (van regisseur Ang Lee), evenals een tweede X-men-film. Ook via andere kanalen krijgen Amerikaanse comics aandacht, zoals in de veelgeprezen roman De wonderlijke avonturen van Kavalier & Clay van de jonge Amerikaanse auteur Michael Chabon. Deze werd vorig jaar bekroond met de gerenommeerde Pulitzer Prize voor literatuur.
door Rudi de Vries
Stripschrift 346
Land in zicht

Polen

Wie Europese strips zegt, denkt niet gelijk aan Polen. Toch bevindt zich hier al decennialang een levendige stripwereld. Het is enige land uit Midden- en Oost-Europa waar al sinds eind jaren veertig strips worden gepubliceerd. In tegenstelling tot andere staten achter het IJzeren Gordijn beschouwden de socialistische machthebbers in Polen stripverhalen niet als prikkellectuur. Strips werden naast andere vormen van bellettrie vrij verkocht.
door Christoph Kotowski
Vertaler Rik Sanders
Stripschrift 346
Donald Duck - 50 jaar een vrolijk weekblad

Ed van Schuijlenburg

Disney-tekenaar, supervisor

Op 25 oktober 1952 verschijnt Donald Duck op de Nederlandse markt. Het stripweekblad vol Amerikaanse Disney-verhalen krijgt een warm onthaal. Vanaf 1955 werken er ook Nederlandse tekenaars aan mee. Na vijftig jaar is 'Duck' nog immer springlevend. In dit jubileumjaar stelt Stripschrift een portrettengalerij samen van diverse medewerkers aan het vrolijke weekblad.
door Rik Sanders
Stripschrift 345

Het mystieke tekentalent van Philippe Delaby

De stripverhalen van Philippe Delaby (Doornik, 26 januari 1961) spelen zich af in de geschiedenis, omgeven door mythes en mystiek. Na een aantal jaren korte verhalen getekend te hebben voor het weekblad Kuifje brak hij door met de middeleeuwenstrip De poolster. Deze serie was echter een kort leven beschoren. Zijn met scenarist Jean Dufaux opgezette huidige serie Murena, waarin een burger in het oude Rome een sleutelrol speelt, heeft meer potentie in zich. Delaby wordt ook vanwege zijn realistisch tekenwerk vaak gezien als iemand die in de voetsporen kan treden van William Vance of Vicente Segrelles. Tijdens het interview bij hem thuis in zijn tekenkamer vertelt hij over zijn hang naar het mystieke en occulte en naar het verleden.
door Michel van Merriënboer
Stripschrift 345
De speurtocht van Michael Farr

Herg? was een compleet kunstenaar

Michael Farr was één van de weinige journalisten die meende ooit een diepte-interview met grootmeester Hergé afgedwongen te hebben. 'Maar in plaats daarvan praatte hij honderduit over alles, behalve zichzelf'. Meer dan drie jaar geleden gaven de Fondation Hergé en Moulinsart hem toestemming in de zo begeerde archieven te duiken, waar elk uitgeknipt artikel, foto of ansichtkaart nauwlettend werd bestudeerd. Die speurtocht resulteerde in het boek Kuifje - Droom en werkelijkheid - De ontstaansgeschiedenis van de avonturen van Kuifje, dat de bronnen van de grootmeester onderzoekt. Een gesprek in Londen met een auteur die stilletjesaan een bestseller aan zijn cv mag toevoegen.
door Geert de Weyer
Stripschrift 345
Plagiaat of inspiratie?

Kapitein Rob duikt op in oude beeldromans

De wat oudere stripliefhebber is opgegroeid in de wereld van Eric de Noorman, Tom Poes, Kapitein Rob en natuurlijk Dick Bos. Naast die laatste werden er gelijkvormige series beeldromans uitgebracht met titels als Lex Brand, Tom Wels en De Moker. Ook de Panterserie (12 deeltjes) genoot een bekendheid die door opvoeders bepaald niet werd gewaardeerd. In de jaren na de Tweede Wereldoorlog werden de beeldromans in de ban gedaan, omdat ze de leesluiheid zouden bevorderen en teveel geweld zouden tonen. Voor een strip als Kapitein Rob, geplaatst in een keurige krant als Het Parool, werd een zekere waardering opgebracht. De oblongboekjes werden grif gekocht en tekenaar Pieter Kuhn trad in de krant af en toe zelfs op de voorgrond.
door Lex Ritman
Stripschrift 345

Late erkenning voor Stuck Rubber Baby

Begin dit jaar was Howard Cruse de opmerkelijke winnaar van de Prix de la Critique tijdens het stripfestival in Angoulême. Opmerkelijk, want zijn bekroonde striproman Stuck Rubber Baby stamt uit 1995 en ligt in Nederland al jaren in de ramsj. Eindelijk Europese erkenning voor een Amerikaans meesterwerk.
door Jeroen Mirck
Stripschrift 345
Donald Duck - 50 jaar een vrolijk weekblad

Jos Beekman

Redacteur

Op 25 oktober 1952 verschijnt Donald Duck op de Nederlandse markt. Het stripweekblad vol Amerikaanse Disney-verhalen krijgt een warm onthaal. Vanaf 1955 werken er ook Nederlandse tekenaars aan mee. Na vijftig jaar is 'Duck' nog immer springlevend. In dit jubileumjaar stelt Stripschrift een portrettengalerij samen van diverse medewerkers aan het vrolijke weekblad.
door Rik Sanders
Stripschrift 344
Doe-het-zelver in strips en muziek

Kim Duchateau

Een zwoele zomeravond op een caféterrasje... - Stripschrift? Maar die schrijven toch alleen maar over ouwe zakken die al lang dood zijn... of bijna dood. - Over wie moeten we dan wel schrijven? - Het zijn de jongere tekenaars die best wat extra publiciteit kunnen gebruiken. Over die ouwe garde is al genoeg gepalaverd. - Maar we schrijven toch voldoende over jong talent, me dunkt. - O ja? Merk ik anders niet zo veel van. - Wie moet er dan volgens jou in Stripschrift? - Nou... Typex bij voorbeeld... - Is al gebeurd hoor, uitgebreid interview met originele voor- en achterplaat. - (hoopvol) Of Fokke en Sukke? - Nummer 306. Interview en voorplaat. - (al iets minder hoopvol) Erik Kriek hebben jullie vast en zeker nog niet gehad. - April '98, compleet met kleurencover en al. Dus zeg niet dat we aanstormend talent negeren in dit blad. Nog iemand? - Wel... doe mij dan maar.
door Jean-Marie Mievis
Stripschrift 344
Cubaanse striptekenaars en de kunst van het overleven

Strips uit Cuba

Het wonderbaarlijke van Cubaanse strips is dat ze bestaan. De afgelopen tien jaar bevatten voor het tekenaarsvak in Cuba een aaneensluiting van creatieve hoogtepunten en op ander gebied vooral onpeilbare dieptepunten, bij voorbeeld toen het land - en als gevolg daarvan ook de tekenaars - de economische terugslag te verwerken kreeg van de ineenstorting van de Sovjet-Unie, Cuba's steunpilaar en voornaamste handelspartner. Voeg daar nog eens de veertigjarige handelsboycot en andere intimiderende maatregelen van de Verenigde Staten bij en er doemt een troosteloze situatie op.
door John A. Lent
Vertaler Gerard Suurmeijer
Stripschrift 344

Prohias

Eén van de bekendste Zuid-Amerikaanse cartoonisten van de vorige eeuw, Antonio Prohias (1921-1998), wordt in het artikel over Cubaanse strips niet genoemd. Misschien omdat zijn meest bekende creatie, de tekstloze strip Spy vs Spy uit het Amerikaanse blad Mad, alleen in het buitenland een succes was. Toch was Prohias toen hij die strip over twee elkaar op de dood bevechtende spionnen tijdens de hoogtijdagen van de Koude Oorlog verzon al bijna veertig jaar oud en had hij er al twintig jaar opzitten als één van de scherpste politieke tekenaars van Cuba. Gelukkig kwam er onlangs een prachtig boek uit waarin het gehele leven en de gehele carrière van Prohias uitgebreid uit de doeken wordt gedaan.
door Ger Apeldoorn
Stripschrift 344

Don Martin

Mad's mafste artiest

Meer dan twee jaar geleden, op 6 januari 2000, overleed Don Martin, de striptekenaar die wereldwijd bekend stond als Mad's maddest artist. Hij was lange tijd dè reden, naast de satires van tv-programma's en films, waarom Mad Magazine zo geliefd was bij veel mensen. Het feit dat hij uiteindelijk gebroken heeft met het blad dat hem beroemd maakte, maar ook met alle bladen waar hij na Mad werkte, komt voort uit een houding die we vaak terugzien bij striptekenaars. In het begin zijn ze vaak dankbaar voor de kans die ze krijgen, maar eenmaal succesvol worden ze steeds beschermender ten opzichte van hun creaties.
door Jeroen van Kippersluis
Stripschrift 344

Een persoonlijke terugblik op Don Martin

Toen ik Don Martin ontmoette in 1993 was het al geen vrolijke man meer. Hij was op de grote stripdag in San Diego op uitnodiging van uitgeverij Dark Horse, om zijn nieuwe comicserie te promoten, maar erg veel aandacht kreeg hij niet tussen al het Image- en Legend-geweld wat op dat moment in de andere zalen aan de hand was. Hij zat ergens achteraf in een klein zaaltje met z'n vrouw, deelde handtekeningen uit en praatte wat met de fans. Hij hoopte met z'n nieuwe comic een graantje mee te pikken van de rijke mogelijkheden van de Amerikaanse stripmarkt op dat moment, maar die mogelijkheden bleken een hete luchtballon en van de comic is na één nummer niks meer gekomen. Daarna werd weinig meer van hem gehoord.
door Ger Apeldoorn
Stripschrift 344
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Privacy en voorwaarden Accepteer Weiger