Recensies

Het basisgegeven is simpel en overbekend: een historisch voorwerp wijst op cryptische wijze de weg naar een immense goudschat in het oerwoud. Dit wekt de begeerte op van diverse personen, en de race begint. Uiteindelijk komt natuurlijk van die schat niks terecht, maar het goede wint van het kwaad, en er volgt een onvermijdelijk happy end. Kun je op zo'n uitgekauwd clich?-fundament nog een boeiend stripverhaal bouwen? Ja, Henk Kuijpers redt dat wel. Hij kan zo'n gegeven op een originele manier uitwerken. Het verhaalverloop is bijna steeds onvoorspelbaar, en dat houdt ook de in klassieke strips geschoolde lezer benieuwd naar hoe-het-verder-gaat, basisvoorwaarde voor een actie/avonturenstrip als Franka. Dat komt vooral door de motivatie van de personages. Kuijpers kan zijn figuren neerzetten met een geloofwaardig en helder omschreven karakter, waar hun handelingen direct uit voortvloeien. Dat geldt voor hoofd- en bijfiguren, en in dit verhaal geldt het in het bijzonder voor Franka zelf. Zij komt op het spoor van een kunstdief, waar ze bij de eerste ontmoeting al tot over haar oren verliefd op raakt, en vice versa. Haar besluitvorming en al haar handelingen worden vanaf dat moment daardoor bepaald of be?nvloed. Ze weet wat ze wil en daarom doet ze wat ze doet, niet omdat ze nu eenmaal de heldin van het verhaal is. Daarmee is Franka een eigentijdse versie van een strip in de klassieke Kuifje-traditie. Eigentijds in een door lust gedreven hoofdpersonage, klassiek in een globe-omspannende jacht-op-de-schat; hedendaags in het gebruik van jaren-negentig-technologie, ouderwets in de boef-met-het-kleine-hartje en de overwinning van het 'goede'. Het is een dubbelalbum, met daardoor wel een aantal erg uitgesponnen sc?nes en wat onnodige plotcomplicaties, die gelukkig nergens het tempo uit het verhaal halen. Integendeel, als meestal is Henk Kuijpers er weer in geslaagd om een afwisselend en in sneltreinvaart voorbijscheurend plot in elkaar te steken, waar geluk en toeval een behoorlijke rol in spelen (dat hoort bij het genre), maar wat niet ontaardt in erg irritante onwaarschijnlijkheden. De enige hobbels worden gevormd door de stukjes historische uitleg, waarbij een berg documentatie over de lezer wordt uitgestort. Ook dat is typerend voor het genre, maar het moet niet al te uitleggerig worden. Plotgewijs maakt Henk Kuijpers het zichzelf niet gemakkelijk. Zijn strip moet aan flink wat secundaire eisen voldoen. In de belangrijkste hier van is hij zonder meer geslaagd: hij weet zijn heldin op plausibele gronden voor grote delen van het verhaal (zeer) bescheiden kostumering te laten dragen. In de loop van het verhaal stuiten we weer op een flink aantal oude bekenden uit eerdere Franka-avonturen, ook al een typisch Kuifje-verschijnsel, en erg aangenaam voor de serielezer. Nog een klassiek, maar wel een beetje onwaarschijnlijk aspect is het vergezellend huisdier, in de vorm van hondje Bars. Hoewel hij zijn bescheiden bijdrage wel levert, is de aanwezigheid van het (blijkbaar permanent op puppy-formaat blijvende) beestje toch meer een last dan een voordeel voor een avonturierster als Franka. De verhoogde productiesnelheid van de strip is tekentechnisch niet ten koste gegaan van de detaillering van de tekeningen; wel valt op dat, met name later in het verhaal, de personages een wat hoekiger aspect krijgen, dat niet aangenaam aandoet. Toch blijft Henk Kuijpers een stripmaker-pur-sang; weinigen kunnen zoals hij een strip maken waarbij niet zozeer de tekst als wel de beelden het verhaal vertellen. Franka is meer een kijk- dan een leesstrip; een echt beeldverhaal. Het is jammer dat de beide omslagen van dit dubbelalbum de strip geen recht doen; het moois staat binnenin.