The Invasion of the Terrible Giants, The Attack of the Mad Axe Man, A Hundred Hounds from Hell... Titels die Harry Mulisch nooit had kunnen bedenken, zelfs al had hij in het Engels geschreven. Maurice Hof daarentegen voelt zich in het wereldje van de Amerikaanse pulproman thuis als een vis in het water en doet geen enkele moeite om dat voor de buitenwereld te houden. Een eerste bundeling van zijn verhalen rond Foxx Tracker, een hopeloze detective die 'gespecialiseerd' is in bovennatuurlijke zaken. Hof gooit alle clichés uit het pulpgenre op een hoopje -detectives die hun beste tijd gehad hebben, schaars geklede, zij het weinig elegante nymfomanes, een duister film noir-sfeertje, kurkdroge maar hilarische teksten, dialogen die compleet over the top zijn - en overgiet ze met een fantasy-sausje, gekruid met krankzinnige - natuurlijk Duitse - geleerden, prehistorische monsters, bizarre creaturen en mystieke elementen. En dat allemaal liefst in verhaaltjes van hooguit vier, vijf bladzijden. Je begrijpt, echt ernstig moet je de avonturen van Foxx Tracker niet nemen. Maar grappig zijn ze wel. En vooral razend knap en met veel experimenteerdrift in beeld gebracht. Art Spiegelman en Robert Crumb zijn de eerste namen die je voor de geest komen, bij het aanschouwen van Hofs houtsnede-stijl vol krassen en arceringen aangebracht op een zwarte achtergrond. Hoogtepunten bij de vleet in deze amper 32 pagina's tellende comic: Foxx die in z'n zoektocht naar een magische speer, die aan de bezitter ervan de wereldheerschappij belooft, belandt in een Berlijnse bunker waar ene Adolf H. net op het punt staat zijn leven te beëindigen of Foxx die op een en dezelfde bladzijde in een tweedekkertje belaagd wordt door aliens, zeemonsters en prehistorische vliegende reptielen. Of Foxx en zijn muze Lorna erin slagen te ontkomen moet duidelijk worden in een hopelijk snel volgend tweede deel. Wie zijn comics Amerikaanser wil dan Amerikaans, zit voortaan goed in Nederland.