De zwaartekrachtjaren is de nieuwste bundel met cartoons van Matthias Giesen. Giesens werk is absurdistisch, de combinatie van tekening en tekst vormen samen de grap. Klonen is een vaak terugkerend onderwerp in zijn cartoons. Een schaap staat met een koffertje in de hand. Zegt het andere schaap: 'Nou dan ga je toch, Dolly. Voor jou tien anderen.' Dieren krijgen vaker menselijke trekjes. Eendagsvliegen zitten gemoedelijk in een stoel de krant te lezen, of te breien. Een andere keer haalt een mestkever een geintje uit met een soortgenoot. De cartoons van Giesen maken situaties belachelijk, ze zijn niet gericht tegen personen. De hoofdrolspelers zijn anonieme mannetjes en vrouwtjes. Meestal dragen ze een bril. Ze zijn tijdloos gekleed, mannen in een vormeloze broek, vrouwen in een dito jurk of rok. Wetenschappers en uitvinders zijn vaak terugkerende typetjes. Sommige grappen zijn wat flauw. Een oude man met een lange baard zit in een badkuip en denkt: 'Eerst ga ik nog wat zitten, dan verzin ik plots iets geniaals en roep 'Eureka'... Ja, dat ga ik eens doen!'. Andere grappen zijn briljant door hun absurditeit: Wittgensteins korte carrière als discjockey of het ongemak van Nietzsche over de verfilming van zijn werk. Twee herkenbare figuren moeten het regelmatig ontgelden. De een is God. 'Kun je niet ergens anders alomtegenwoordig zijn', krijgt hij te horen als hij in een fauteuil zijn krant zit te lezen en er gestofzuigd moet worden. De ander is Harry Mulisch, ook een soort God. In de winkel vraagt hij of hij eerst nog even naast de door hem gekozen schoenen mag lopen. God zal niet naar de rechter lopen om een klacht wegens blasfemie in te dienen en Mulisch zal vereerd zijn. Net als in de andere cartoons overheerst een lichte spottende toon en is Giesen niet venijnig of gemeen. De cartoons verschenen eerder als illustratie bij artikelen in publieksbladen als HP/De Tijd, NCRV Gids of Natuur en Milieu. Maar wanneer en waarin precies, staat nergens vermeld. Een lijstje met bronnen voor de lezer was welkom geweest. Giesen laat zich niet gek maken door de waan van de dag. Hij kijkt geamuseerd naar wat er zoal langs komt en geeft daarop desgevraagd zijn door verbazing gekleurde kijk. Waar je De zwaartekrachtjaren ook open slaat, altijd is het minstens één van de vier cartoons op een dubbele bladzijde die je doet glimlachen.