Wat een trouvaille om een wereld te scheppen waarin prehistorische reptielen in een streng hiërarchisch georganiseerde machtsstructuur leven. Dit volk, waarin het leger wordt gevormd door de Tyrannosaurus Rex, geeft zijn geschiedenis prijs door teksten en schilderingen op de rotsen. Deze dinosauriërmaatschappij wordt opgeschrikt door de inslag van een ruimtecapsule. In dit voorwerp bevindt zich een mensenkind, een meisje, dat wordt opgenomen door een kudde dino's. Het meisje krijgt van haar verzorgster de naam Vuur. Het groeit op in een rumoerige periode, want de T-Rexen zijn uit op een machtsovername nu de heerser tekenen van zwakte gaat vertonen. Wrede machtsspelletjes, moord uit berekening, jaloezie, het lijken net mensen, die dino's en T-Rexen. In dit eerste deel van de reeks is Vuur nog bezig haar plaats te bepalen. Dat betekent dat er in haar bestaan nog veel raadsels om opheldering vragen. Philippe Tome, scenarist van onder meer Robbedoes en Kwabbernoot en Soda, laat zijn verhaal langs een aantal schaarse lijnen lopen. Met weinig woorden weet hij een transparante sfeer te scheppen, waar de tekenaar Marc Hardy, bekend van met name G. Raf Zerk, zijn flitsende expressieve tekeningen naadloos op laat aansluiten. Het uit een groot aantal actiescènes opgebouwde stripverhaal is een mix van Europese stripkunst, Amerikaanse comics en Japanse manga. Het is een geslaagd album. De vraag is echter gerechtvaardigd of de heren Tome en Hardy de spanning in de vervolgalbums zullen weten vast te houden of dat het centrale thema toch te karig is.