De verhalen 28/29 en 30/31, voorgepubliceerd in 1958 als onderdeel van respectievelijk de Venus-cyclus en de Aarde-Mars-cyclus. Technisch antiek aandoende sciencefiction-verhalen moeten het vooral van de nostalgische waarde hebben. De eens zo populaire krantenstrip ontbeert de humor en de houdbaarheid van Kick Wilstra-verhalen.