Ter gelegenheid van de negentigste verjaardag van Marten Toonder bracht De Bezige Bij een boek uit onder de prestigieuze titel De kunst van Toonder - Een persoonlijk keuze. Het boek valt ruwweg in vier delen uiteen. Het eerste deel bevat een aantal essays over Toonder, dan volgen er een aantal schetsen en oud werk, tekeningen die Toonder gemaakt heeft voor het (illegale) tijdschrift Metro en het boek wordt besloten met vrij werk uit de jaren vijftig. Op zich oogt het boek fraai; een mooie vormgeving, mooi gedrukt en tjokvol met werk van Toonder. Toch is het boek een teleurstelling voor de echte Toonderkenner omdat het boek een samenraapsel is van vaak recentelijk al hergebruikt materiaal. Het valt dan ook te betwijfelen of het de persoonlijk keuze van Marten Toonder is geweest die in het boek is opgenomen. Waarschijnlijk is er gebruik gemaakt van wat het makkelijkst toegankelijk was. De tekeningen uit Metro zijn bij voorbeeld in 1994 tentoongesteld in het Verzetsmuseum in Amsterdam (en afgedrukt in de begeleidende tentoonstellingscatalogus) en het merendeel van het overige werk is afkomstig uit een selectie van Toonders werk die destijds is gebruikt voor de grote tentoonstelling in Teylers Museum in Haarlem. Doordat er niet verder is gespeurd in het archief van Toonder, is het een beetje raar, scheef beeld dat er van zijn niet-Bommelwerk wordt geschetst. Toonder heeft in de jaren dertig en veertig vele tientallen boeken geïllustreerd of van een omslag voorzien en daar zit heel wat bij dat zeker niet misstaan zou hebben in dit boek. Ook wordt de verhouding scheef getrokken doordat er veel tekeningen uit Metro - een in en kort na de oorlog verschenen satirisch blad -zijn opgenomen. In hun context van het blad zijn het sterke prenten, maar doordat er zoveel in deze uitgave zijn opgenomen, lijkt het wel of Toonder weinig anders heeft gedaan. Het boek zou dan ook zeker baat gehad hebben bij een goede samensteller/redacteur, want het had een veel genuanceerder beeld kunnen gegeven van wat Marten Toonder nog meer gedaan heeft dan strips. En dat is heel wat! Ook hadden er dan wellicht zinnige bijschriften bij de tekeningen kunnen staan. De bijschriften bij de Metro-tekeningen zijn goed (die zijn domweg overgetikt uit Marten Toonder - Tekenaar in oorlogstijd, de tentoonstellingscatalogus van het Verzetsmuseum), maar de rest is bedroevend slecht en meestal verkeerd. Zo wordt er bij een groot aantal vrije tekeningen gemeld dat ze gemaakt zijn voor Hollands Maandblad. Echter, het bedoelde nummer dateert uit 1996, terwijl de tekeningen uit het begin van de jaren vijftig stammen. En het is een gemiste kans dat ze Marten Toonder niet iets hebben laten vertellen bij zijn vrije werk. Deze tekeningen hangen tegen het magisch realisme aan en er zit zeker meer in dan je als kijker op het eerste gezicht ziet. Naast de tekeningen is er ook een aantal essays (van Jaap van Heerden, M. Februari, Jan Wolkers, H.J.A. Hofland en Marcel Möring) over Toonder opgenomen, helaas allemaal al eerder gepubliceerd en weinig terzake doende ten opzichte van de titel. Toch valt er in dit boek ook te genieten. Toonder is en blijft een Groot Kunstenaar en sommige van de prenten in De kunst van Toonder behoren naar mijn smaak tot het beste wat hij heeft gemaakt.