Met De legende van het Westen is géén einde gekomen aan een van de meest succesvolle strips van de twintigste eeuw; wel is het de afronding van de indrukwekkende carrière van Maurice de Bevere, de tekenaar die onder de naam Morris de eenzame, maar niet ongelukkige cowboy onsterfelijk heeft gemaakt. Hij is vorig jaar overleden. Morris' tekenstijl is eigenlijk nooit spectaculair geweest. Hij had niet de flair van André Franquin, de helderheid van Hergé of de plasticiteit van Albert Uderzo. Morris had een meer terloopse, droge manier van tekenen, maar ook zijn werk kenmerkt zich door een vanzelfsprekendheid en efficiëntie die alleen de echt groten hebben. Hoewel Lucky Luke in 1948 als geesteskind van Morris ter wereld kwam, beleefde de strip pas zijn volle wasdom vanaf het midden van de jaren vijftig, toen René Goscinny de scenario's ging schrijven. Na Goscinny's dood in 1977 heeft Morris met verschillende scenaristen de reeks voortgezet. De legende van het Westen is geschreven door Patrick Nordmann en het resultaat is heel acceptabel. Nordmann speelt een aardig spel met Lucky Luke die de Daltons weer eens achtervolgt, met de roem die hen als striphelden allemaal achtervolgt en met de rol die de massa en de media spelen in dat geheel. Het is allemaal gezellig ingewikkeld, vooral wanneer er acteurs ten tonele komen die zich voordoen als de Daltons en de werkelijk legendarische Buffalo Bill zichzelf opnieuw uitvindt op basis van zijn ontmoeting met Lucky Luke. De legende van het Westen is dan ook een mooie titel voor deze Lucky Luke-aflevering. Toch ontbreekt iets aan dit album; iets dat moeilijk aan te wijzen is, want wat het mist is nu juist die vanzelfsprekendheid waarmee verhalen als Western Circus en Prikkeldraad in de prairie zich ontrolden. Om dat niveau te bereiken had Morris toch Goscinny nodig, terwijl Nordmann om het niveau van De legende van het Westen te bereiken waarschijnlijk een grootheid als Morris nodig had. Nu Morris dood is, heeft zijn assistent Vittorio Leonardo het van hem overgenomen. Laten we hopen dat die, samen met Nordmann of met wie dan ook, de legende in elk geval levend kan houden zonder af te glijden naar de degeneratie die de reeks Suske en Wiske na Willy Vandersteen ten deel is gevallen. De legende van het Westen kan weliswaar niet tippen aan de boeken uit gouden jaren van Lucky Luke, maar een 'Lucky Luke en de dommige Daltons' is het godzijdank ook niet. Mocht het wel ooit zover komen, dan hoop ik voor de eenzame cowboy dat zijn schaduw voor één keer sneller is dan hijzelf.