Uitgeverij Silvester (= Silvio van der Loo) uit Den Bosch geeft steeds meer Nederlandse strips uit. Het neemt daarmee de rol over van Big Balloon, die na de teloorgang van Striparazzi nauwelijks meer investeert in Nederlandse tekenaars. Silvester heeft zich bij voorbeeld ontfermd over topstrips als Dirkjan en Gilles de Geus. De grote vraag is natuurlijk hoe lang de Bossche uitgever het financieel vol kan houden; Big Balloon heeft zijn stripbeleid niet voor niets drastisch ingeperkt, al opereerde het wel op grotere schaal dan Silvester nu. In ieder geval kan de Nederlandse stripliefhebber zich voorlopig gelukkig prijzen met Silvester. Een van de paradepaardjes in het fonds is Gilles de Geus gemaakt door Hanco Kolk en Peter de Wit. De strip wordt ook wel eens aangeduid als de Asterix van het Nederlandse beeldverhaal. Silvester debuteerde met het zevende deel (De 7 provinciën). Deel acht (90-60-90) staat dit jaar op het programma. Als tussendoortje verscheen - als deel nul - eind vorig jaar De struikrover. Het bevat de eerste korte verhalen die begin jaren tachtig in stripblad Eppo stonden. Bedenker van de serie is Hanco Kolk. Hij bedacht en tekende in eerste instantie zelf de humoristische avonturen van een struikrover tijdens de opstand tegen de Spanjaarden. Maar, zoals Kolk in een interview met HP/De Tijd vertelde, hij miste iets aan die verhalen. 'Ik wilde te veel vertellen of sloeg dingen over.' Op aanraden van zijn vrouw vroeg hij Eppo-collega Peter de Wit of die als co-scenarist wilde meewerken. Dat was het beginpunt van een vruchtbare samenwerking: het tweetal legde zich vooral toe op het maken van langere avonturen, waarvan Storm over Dubbeldam (1985) de eerste was. De uitgave van De struikrover, waarin dus alleen verhalen van Kolk staan, is van belang omdat het de ontbrekende, eerste schakel in de serie is. Los daarvan zijn de strips nog steeds buitengewoon vermakelijk, al is Gilles de Geus in de rol van struikrover inderdaad een platter karakter dan in zijn latere rol als adviseur van Willem van Oranje. Jammer alleen is dat dit album een duidelijke toelichting mist op het ontstaan van Gilles de Geus. Daardoor blijft het voorwoord van Peter de Wit in het luchtledige hangen. Een bibliografisch overzicht van wanneer en waar de vijftien verhalen zijn verschenen, had De struikrover helemaal afgemaakt.