De Japanse bevolking is al duizenden jaren slachtoffer. Het had al eeuwen te kampen met aardbevingen en enorme vloedgolven en deze eeuw zijn daar ook nog eens twee atoombommen bijgekomen. Dergelijke rampzalige tragedies zijn moeilijk te verwerken en blijven jarenlang in de cultuur nadreunen. Dat zou je kunnen afleiden uit de eerste tekenfilmvideo's van Dragonball. Maker Akira Toriyama is overduidelijk geobsedeerd door de apocalyps. In deel 1 zaait een buitenaardse booswicht een zaadje van een superboom. De wortels boren zich door het gehele aardoppervlak en dreigen onze vruchtbare thuisplaneet uit te mergelen. In het tweede deel komt het gevaar van twee doorgeslagen wetenschappers die met hun imposante en agressieve technologie in staat blijken de hele planeet om zeep te helpen. Gelukkig is er een handjevol helden met superkracht dat deze enorme rampen weet te af te wenden. Dat gaat hen niet gemakkelijk af. Ze vechten tot ze er bij neer vallen en de kijker wordt getrakteerd op indringende beelden van de redders die lang en oorverdovend krijsen omdat ze een bovennatuurlijke toverbal willen lanceren naar de booswichten. Dit klinkt spectaculair, maar is het niet, want de Japanse studio's gebruiken zo weinig tekeningen dat de filmpjes soms meer lijken op een combinatie van een diavoorstelling en een hoorspel dan op een tekenfilm. De boodschap van Dragonball druist in tegen de Nederlandse cultuur. Waar bij ons een mogelijke apocalyps aanleiding heeft gegeven om onze naaste nog meer lief te hebben, hard te werken en de christelijke moraal hoog te houden, verkondigen deze filmpjes de boodschap dat de ondergang van de wereld alleen is af te wenden met een overdosis aan geweld. Daarnaast zijn we hier tegenwoordig niet meer zo bezig met een naderende ondergang van de wereld. Wellicht is dat de reden dat ik Dragonball de grootste nonsens vind die ik ooit heb gezien. En dan nog slecht geproduceerd ook.