Niet vaak kom je een grafische roman tegen met zowel een informatief geschreven voorwoord als nawoord. Het album Wit Alom leent zich er goed voor want het vertelt een waargebeurd verhaal, geplukt uit het Prudence Crandall Museum in de Verenigde Staten. In het nawoord vind je korte biografieën van een aantal leerlingen van de, in 1831 opgerichte, school voor gekleurde meisjes in Canterbury, Connecticut. Even voor de chronologie: dit waren de hoogtijdagen van het wrede Amerikaanse slavernijsysteem, dat pas tijdens een bloedige burgeroorlog in 1863 zou worden afgeschaft.
De strip zelf is de moeite waard, ondanks dat scenarist Wilfrid Lupano licht chaotisch zijn plot uitwerkt. Altijd lastig natuurlijk om van non-fictie boeiende fictie te maken. Het is mede door het prachtige teken- en inkleurwerk van Stéphane Fert dat dit is gelukt, waardoor je de missers in het plot wel met de mantel der liefde bedekt. Zo is er opeens een kluizenaar (een oudere witte vrouw) die uit het niets de autonome vrouwenzaak bepleit. Net als de zwarte figuur Wildeman met zijn betoog over witte kennis, versus zijn autonoom opgedane kennis. Allebei interessante thema’s, maar te oppervlakkig en vergezocht uitgewerkt. Dit had niet gehoeven, er is namelijk genoeg thematiek rondom de strijd voor recht op onderwijs voor gekleurde mensen en de abolitionistische beweging (progressieve witte Amerikanen die ijverden voor afschaffing van slavernij). Dat laatste komt nu slechts zijdelings aan bod.
Het moet wel gezegd: de auteurs hebben een licht humoristische toon weten te vermengen met de onmetelijke dreiging die in de atmosfeer van toen heerste: voortdurende vijandschap, hatelijkheid, plat en dom racisme en hypocrisie. En dat allemaal in het plaatsje Canterbury vanwege een school voor gekleurde meisjes, gerund door een alleenstaande jonge witte vrouw. Om echt bang van te zijn; vrouwen die onderwijs genieten het leren onmogelijk maken. Helaas tot op de dag van vandaag een actuele en bizarre werkelijkheid op nog te veel plekken in de wereld.