Tijdens een reis met een ruimteschip komt de bemanning, waaronder Kapitein John Bowman, in een asteroïdenveld terecht. Er dringt tegelijkertijd een vreemde donkere materie het ruimteschip binnen, maar Bowman weet het te overleven. Terug op aarde krijgt hij de gelegenheid om te herstellen en bij te komen. Hij ontmoet er zijn nieuwe buurvrouw, luitenant Charlene Barrymore, die net als hij militair is. Ze kunnen van het privilege genieten op een speciaal eiland te wonen, omdat ze in overheidsdienst zijn. Bij Charlene voelt John zich op zijn gemak en hij vertelt haar over zijn terugkerende nachtmerries. Ze ontdekken dat ze in de gaten worden gehouden en besluiten van het eiland te ontsnappen. Ondertussen wordt de aarde bedreigd door buitenaardse wezens en de overheid denkt dat John kan bijdragen, vanwege de belevenissen tijdens zijn laatste ruimtereis, om de aanval van hen af te kunnen slaan. Maar kan hij op tijd gevonden worden en is hij in staat om te helpen en de aarde te redden?
Verhalen van Rodolphe Daniel Jacquette zijn vaak onderhoudend en steken meestal goed in elkaar. Het is een rasechte verteller en dat doet hij al met verve sinds begin jaren 80. Maar nu maakt hij zich er makkelijk van af en is de verhaallijn flinterdun. Toch heeft het verhaal wel veel vaart waardoor je blijft lezen. Maar het einde is dan weer erg gemakzuchtig bedacht. De tekeningen laat hij over aan zijn kompaan van de laatste jaren, Bertrand Marchal, met wie hij ook de delen van de series Namibia en Amazonia gemaakt heeft. Het tekenwerk is degelijk te noemen, maar niet spectaculair. De emoties in de gezichten zijn niet denderend en het zou me niks verbazen als de lichamen overgetekend zijn.