Bij de lijzige, subtiele stripverhalen van Ben Gijsemans (1989, Lier) lijkt er op het eerste gezicht niet veel te gebeuren. Toch wist hij al vanaf zijn debuut in 1994, met Hubert, over een introverte man van middelbare leeftijd die troost probeert te vinden in de schilderkunst, veel bewondering af te dwingen. Ook zijn tweede verhaal, Aaron, over een jongeman die worstelt met zijn pedofiele gevoelens kreeg juichende kritieken.
Zijn meest recente boek, De kerkgangers, speelt zich af tijdens de zomervakantie in 1994 en heeft als belangrijkste thema de groei van jeugd naar volwassenheid in een gezapig milieu. De broers Carl (11) en Harold (14) staan aan het begin, respectievelijk midden in de pubertijd. Ze trekken met elkaar op en gaan in de vakantie vaak bij oma en opa langs. Zondags gaan zij met hun ouders naar de katholieke kerk, waarbij Carl voor misdienaar speelt.
Harold is, tot ongenoegen van vooral zijn vader, bevriend met zijn avontuurlijke en rebelse schoolgenoot Peter, afkomstig uit een minder stabiele omgeving. Carl bewondert Peter en gaat - vaak als derde wiel aan de wagen - mee op avontuur met zijn broer en diens vriend. Ze bezoeken de molen, scheppen op over de levels die ze al hebben bereikt met Jungle Fever op de gamekooi (een spelletjesconsole) en onderzoeken een oude vervallen en verlaten woning in het bos. Daar vindt Peter een prikkelende hoes van een pornovideo en dan vertelt Peter aan Carl, dat er zoiets bestaat als masturberen waarbij Harold, die dat zelf al heeft ontdekt, zich ongemakkelijk voelt. Als de school weer begint heeft Carl de geneugten van soloseks ontdekt en schijnt de vriendschap tussen Harold en Peter niet meer te bestaan.
In het onbekommerde, maar bij nader inzien toch ook indringende verhaal De kerkgangers heeft Gijsemans zijn vroegere klare lijn ingewisseld voor eenvoudige, kale tekeningen die vaak afkomstig lijken uit een niet al te beste kopieermachine. Maar deze beelden zijn geplaatst in een opvallende lay-out, vaak zonder vaste kaders, waarbij hij dolt met perspectief, herhalingen en spiegelingen, soms op een manier die doet denken aan het werk van Chris Ware. Een bijzonder boek, waarbij je je afvraagt in welke richting de talentvolle Gijsemans zich nog verder zal ontwikkelen.