Heersers van allerlei geloofsrichtingen hebben zich in de loop van de geschiedenis schuldig gemaakt aan het verbranden van boeken. Om hun macht te verstevigen lieten ze boeken vernietigen, omdat de inhoud hen niet aanstond. Hun argument was dan dat het boeken waren die het geloof of de heersende macht beledigden. Of schadelijk en overbodig waren, omdat er een boek was waarin alles stond. De boekenezel van Córdoba vertelt over de tocht die boekbeschermers ondernamen aan het eind van de tiende eeuw. Het midden en zuiden van Spanje waren toen een islamitisch rijk met Córdoba als centrum van het kalifaat. Tarid en Loebna zijn slaven en kopiisten in de grote bibliotheek van Córdoba. Met gevaar voor eigen leven redden ze een voorraadje belangrijke boeken van het verzengende vuur. Zij krijgen gezelschap van Marvana, een kleine onhandige dief met een gestolen ezel en een zwaard. Op hun reis overleven ze dankzij boekenwijsheid. Omdat ze veel boeken kopieerden bezitten ze kennis van wetenschap en geschiedenis. Een bokkige ezel, die steeds probeert zijn tanden te zetten in een boek van een wiskundige, is hun lastdier.
Scenarist Wilfrid Lupano en tekenaar Léonard Chemineau maakten een vrolijk verhaal met kleurige tekeningen over de gedurfde tocht van het dappere drietal van Córdoba naar Leon. Loebna, Tarid en Marvana worden karakters als ze elkaar hun levensverhaal vertellen. Na een jeugd vol ontberingen en lijden kwamen Loebna en Tarid, een eunuch, op een plek waar ze gelukkig waren: de grote bibliotheek. Marvana, ooit kopiist in spe in Córdoba, keerde na een zwervend bestaan terug met een boek dat hij ooit had geroofd. Lupano en Chemineau brengen een serieuze boodschap in een aantrekkelijke vorm. En al lezend krijg je tussen de grappen en grollen een aardig beeld van de middeleeuwen in Zuid-Europa.