De jonge tekenaar Lode Peeters (1996) komt al een jaar na zijn debuut Drakenridders met het kloeke Meisjes van Medusa. Dit bij de grote Standaard Uitgeverij, die wel raad weet met lekker allitererende titels! Terecht dat deze uitgever de leesgrage, vijftienjarige Young Adults op het oog heeft, na bewezen successen met De kronieken van Amoras.
Charlien, de held van dit verhaal op scenario van Frederik Hautain, kan goed balletdansen. Heel goed, vindt iedereen behalve haar moeder. Zij krijgt de rol van feeks. Extra lastig voor Charlien, want mama is ook de baas van Charliens kunstopleiding, dus danst Charlien nooit goed genoeg. Altijd deugt er iets niet. Wanneer mama het aanlegt met een eikel van een nieuwe vriend - die tot overmaat van ellende twee jaloerse loeders van dochters heeft die óók op ballet zitten - duikt Charlien onder bij de Medusa-sekte uit de titel, die in een geheime tempel onder het strand leeft. Volop kansen dus voor Peeters’ liefde voor fantasy. Actueel ook, want Medusa is nu in transitie: Van enge vrouw met een slangenkapsel verandert zij in feminien en mondig slachtoffer van seksueel geweld, die ook nog eens de schuld krijgt van die verkrachting door Poseidon!
Charlien laat haar vriendje én het ballet én uiteindelijk ook de sekte barsten. Zij krijgt verkering met Lore uit de sekte. Soms overspelen tekenaar en scenarist hun handen en zien de nare personages er ook allemaal náár uit (opdat we ons niet vergissen). De sekte ziet er te clichématig uit met hun Jomandajurken en de decors zijn karig. En juist binnen fantasy luistert de logica in het scenario nauw. Maar de Young adult zeker smullen, want er is relatiegedoe, een familiekwestie en menstruatiebloed als inwijdingsrite. Genitaliën worden niet geschuwd. En Peeters openingsplaten zijn top.