De western bestaat volgens Philippe Pelaez niet. De Franse scenarist – bekend van De Bultenaar van Montfaucon en Bloedwijn - bedoelt ermee dat het Wilde Westen zoals wij dat kennen een verzinsel is dat voortkomt uit de literatuur en film. Het is geen historische werkelijkheid, maar een wildernis van prostituees, huurlingen, woestelingen, oplichters, huichelaars en zuipschuiten. Die idealistische cowboy? Die bestaat ook niet. Dat zijn doodgewone veehouders. Net zomin als de moedige revolverheld; de meesten schieten zichzelf in de voet. En aldus maken we in het eerste, sublieme deel van de vierdelige serie Six kennis met een nogal bont gezelschap: een eenogige weesjongen, een jonge prostituee, een gedeserteerde soldaat, een afvallige indiaan, een weggelopen slaaf en een ontslagen non. Het zestal wordt door een superspannende samenloop van omstandigheden tot elkaar veroordeeld, en zet de jacht in op een goudschat. Overigens verwijst de titel - Het Bloedbad van Tanque Verde – naar de eerste gruwelijke dominosteen die valt en het vuige verhaal in gang zet. Bijzonder knap hoe Pelaez (gesteund door Spaanse tekenaar Javier Sánchez Casado) vervolgens een heel blik personages opentrekt en de ontwikkelingen elkaar in hoog tempo laat opvolgen (en uiteindelijk bij elkaar laat komen) zonder dat de lezer de kluts kwijtraakt. Meer, die zit op het puntje van de stoel en kijkt al uit naar het tweede deel, getiteld Een Berg Goud.