Samuel leeft een treurig bestaan. We vinden de hoofdpersoon op de eerste pagina van Iemand om mee te praten stomdronken op zijn verjaardag, die hij alleen in zijn kleine flatje viert. Als hij in een vlaag van eenzaamheid zijn oude thuisnummer belt lijkt hij wonder boven wonder een jongere versie van zichzelf aan de lijn te krijgen. Vanuit deze bovennatuurlijke omstandigheden vertrekt het nieuwe stripboek van Grégory Panaccione, dat een adaptatie is van een roman van Cyril Massarotto. Op kundige wijze verbeeldt de tekenaar, die u misschien kent van Een zee van liefde, de geteisterde psychologische toestand van Samuel, die een kans lijkt te krijgen zichzelf, en zijn grootste trauma, opnieuw te beleven en zijn van de rails geraakte leven te rechten. Deze strip is niet enkel sterk, omdat het op een ingenieus in elkaar gedraaid verhaal is gestoeld, maar vooral doordat Panaccione ertoe in staat is de lezer middels zijn tekeningen inzicht te geven in de gevoelens van zijn hoofdpersoon. In Iemand om mee te praten kijken we dus niet naar het leven van een ander, maar door zijn ogen. Deze vorm is uiterst geschikt om een verhaal te vertellen over de verschillen tussen hoe volwassenen en kinderen naar het leven kijken.