De Belg Philippe Glogowski is vooral bekend als letteraar maar is tevens een niet onverdienstelijk tekenaar. Zo blijkt uit Henry's dagboek (leper 1916-1918), uitgegeven door de al even onbekende uitgeverij Van Ther van Jean-Claude Vantomme. Deze Vlaming heeft blijkbaar veel vertrouwen in Glogowski want hij liet dit album in een oplage van maar liefst 50.000 exemplaren drukken. Het onderwerp van deze door het stadsbestuur van leper (dat in het voorwoord een bezoekje aan de stad promoot) 'geautoriseerde' strip is uiteraard de Grote Oorlog. Aan de hand van het dagboek van de Engelse soldaat toont de auteur de lezer de gruwelen van de loopgravenoorlog. Want gruwelijk was de strijd, dat heeft Jacques Tardi met zijn Loopgravenoorlog wel duidelijk gemaakt. Maar daar houdt de vergelijking met het meesterwerk van Tardi ook meteen op. Waar Tardi erin slaagde de zinloosheid, het lijden, de uitzichtloze ellende en het massale sterven te verbeelden, blijft Glogowski steken in een oubollige braafheid. Zijn soldaat is fier zijn land te mogen dienen, gaat dapper voorop in de strijd, waagt zijn leven om dat van zijn kameraden te redden en is apetrots op zijn onderscheiding. De loopgraven waarin hij vecht zijn netjes aangeveegd en de Duitsers tegen wie hij vecht zijn welbeschouwd ook maar fidele kerels. De brave heroïek van Glogowski geeft ondanks alle getoonde gruwelen toch een wat vertekend beeld van de strijd die rond leper is gevoerd. Het tekenwerk van Glogowski is, zoals gemeld, niet onverdienstelijk. Maar voor dit onderwerp is het toch wat te gestileerd, te gepolijst om de personages en hun omgeving echt tot de verbeelding te laten spreken.