De grote toveraar is een wellustig, barok getekend Afrikaans fabelachtig verhaal van tekenaar Jeroen Janssen en scenarist Pieter van Oudheusden. Het blijkt een uitzinnige geschiedenis, waarin vermenselijkte dieren, de opportunistische haas Bakamé en de dommige hyena Mpyisi samen met de andere bewoners van het dorp Buruseri door hebzucht, geilheid en andere zeer menselijke eigenschappen worden meegesleept in een wervelend avontuur vol agressie, sensualiteit en magie.
Als een vliegtuig met de nationale voetbalploeg van de République du Bon Voisinage neerstort, blijkt dat die ramp is ontstaan door een onverantwoordelijke motorreparatie waarbij de auto van de hyena is betrokken. Die auto was hem overigens afgetroggeld (‘tijdelijk geleend’) door de haas, in ruil voor een zwoele, maar uiteindelijk niet zo succesvolle afspraak met het aantrekkelijke nichtje van de haas.
Gedupeerde optimistische gokkers op de resultaten van het voetbalelftal zien hun inzet verdwijnen en willen verhaal halen op de hyena Mpysi. De enige oplossing voor hem is op zoek te gaan naar Bwana Kero, de grote toveraar, die zijn problemen hopelijk kan oplossen. Intussen probeert de haas zijn kansen uit bij Mpyisi's vrouw Fleurette. Of de avontuurlijke en moeizame kruisweg van Mpyisi zal slagen, is te lezen in het tweede, laatste deel, dat volgens de makers niet al te lang op zich zal laten wachten.
De grote toveraar is volgens de ervaren Afrika-ganger Janssen losjes gebaseerd op een Afrikaanse dierenfabel, rond 1900 opgeschreven in sappig Westvlaams door pater Gustaaf van Acker, 'maar dan aangevuld met pittige details die uit ons brein voortsproten en waargebeurde feiten', zoals Janssen in een interview liet weten.
Het bijzonder onderhoudende verhaal is aantrekkelijk rommelig gepenseeld in chaotische, ruwe prenten. De drukke, paginavullende tekeningen met de handgepenseelde tekstballonnen roepen herinneringen op aan de tekeningen van Edmond Baudoin. De blanke westerse lezer, die Afrika hoofdzakelijk van de televisiebeelden kent, blijft wel achter met de vraag of het hier om een politieke satire gaat, of om een realistisch beeld van een Afrikaanse gemeenschap, maar amusant is het.
De grote toveraar is uitgegeven met productiesteun van het Vlaams Fonds voor de Letteren.