Roberta Gregory maakt deel uit van een kleine doch populaire lichting Amerikaanse, vrouwelijke striptekenaars die de lusten en lasten van lesbiennes in stripvorm vertalen.
Fantagraphics, de Amerikaanse uitgever van Gregory, staat bekend om een stripfonds gericht op lezers met gevoel voor sophisticated understanding en appreciation for personal expression. De strips van Alison Bechdel zou je daar nog toe kunnen rekenen, maar Bitchy Butch trekt zich niets aan van subtiel geformuleerde opinies. In korte verhalen trapt zij overal tegenaan: jonge lesbo's, mannen, republikeinen, mannen, televisie, mannen, de media, mannen, de journalistiek, mannen, collegalesbiennes en vooral natuurlijk de mannen. Zei er iemand 'O, een echte pot dus?' Dat hebben we dan niet gehoord, maar we denken het stiekem wel na lezing van slechts enkele pagina's. Gregory doet geen enkele poging om de nuance te zoeken en schreeuwt in het rond met vaak veel te veel tekst op een pagina. Maar wat ze vertelt is vaak bijzonder waar en zet je dikwijls aan het denken. En wanneer ze overal tegenaan heeft lopen trappen, verdwijnen haar frustraties toch als sneeuw voor de zon als ze een leuke dame tegen het lijf loopt. Bitchy Butch blijkt de kwaadste (pot) nog niet en is aangenaam leesvoer voor fans van dergelijk werk. De tekeningen zijn krasserig en amateuristisch, maar de geëngageerde vuilbekkerij van Bitchy compenseert dat gebrek ruimschoots. Bitchy Butch is overigens zó populair, dat er inmiddels ook vijftien korte animatiefilms zijn gemaakt voor de Amerikaanse kabeltelevisie.