Altijd fijn, als de actualiteit een handje helpt om aandacht voor een strip te genereren, zoals Egypte en Milan Hulsings Stad van klei! En Cuba, waar Fidel de macht onlangs overdroeg aan broertje Raúl, die nu wel moet hervormen, populair vakantieland annex communistisch openluchtmuseum, dat Cuba is het decor van Castro. Een echte stripbiografie van de immer iconisch met sigaar en vechtpet afgebeelde revolutionair, die langzaamaan veranderde in een bejaarde dictator (die nu gestopt is met roken, ziek en zwak is en in een Adidas-trainingspak rondloopt).
Reinhard Kleist, die we kennen van Cash - I see a darkness, maakt er een prettig leesbaar verhaal van, met zwarte inkttekeningen (vondst: strijdkreten getekend als knuppels). De bekende hoogtepunten uit Fidels leven komen voorbij, zoals de Amerikaanse invasie op de Varkensbaai (met D-day-achtige plaatjes) en de liefde-haatverhouding met vrijheidsstrijder pur sang Che Guevara (die ook al strip- biografieën heeft). Maar Kleist blijft niet steken in clichés. Hij legt het perspectief bij de fictieve Duitse fotojournalist Karl Mertens, die in de jaren 1950 in aanraking komt met een groepje revolutionairen rondom Fidel Castro. Door idealisme (en verliefdheid!) gegrepen, blijft hij in Cuba hangen. Soms tegen beter weten in, want hij ziet de revolutionaire ideeën beetje bij beetje veranderen in een dictatoriale aanpak en van zijn oude makkers vluchten er gedesillusioneerd naar Amerika of belanden in de bak vanwege homoseksualiteit. Juist zijn Duitse roots geven meerwaarde aan Mertens verhaal: hij heeft aanvankelijk sympathie voor Castro en de Cubanen, omdat hun verzet tegen de toenmalige dictatuur van Batista wel lukt en het de Duitsers niet is gelukt, Hitler te dwarsbomen. Maar als later Castro censuur invoert ('vóór de revolutie mag alles, maar ertegen niets'), leest hij dat in Berlijn de muur gebouwd wordt: Castro krijgt 'Duitse' trekjes. Ook krijgt de lezer een beeld van de invloed van jongere broer Raúl, die voor velen pas recent bekend werd.
Gelukkig ontbreekt een knipoog niet, anders zou de strip hagiografische zwaarte krijgen; wanneer de egocentrische schooljongen Fidel sportman van het jaar wordt, zucht een klasgenootje tegen Raúl: 'maar niet vanwege z’n teamgeest'. De oude Fidel leest Don Quichot. En als Nederlander ervaar je een déjà-vu als een veteraan uit de Spaanse burgeroorlog de Cubanen schietles geeft: 'jullie moeten mikken, niet in het wilde weg schieten'. Alsof wij onze landgenoot weer horen, die een Afghaanse soldaat instrueert!
Niks te mopperen? Natuurlijk wel. De bibliografie is vertaald uit het Duits (en niet uit het Spaans, zoals De Volkskrant in z’n recensie meent!) en onvolledig, bij de speelfilms ontbreekt bij voorbeeld Fresa y chocolate (1993) over homoseksualiteit op Cuba. En in Duitsland werd Kleists voorstudie Havanna, eine kubanische Reise terecht eerst uitgegeven, hier moet dat nog gebeuren. Opletten, want dat boek is helemaal top!