De meest opvallende Belg van de laatste jaren is zonder twijfel Jean-Pierre Van Rossem. Zowel in België als in Nederland heeft deze gevallen beurs-goeroe een veelbesproken levenswandel. Hij werd van belegger bajesklant en van general manager parlementslid, maar bovenal is hij bekend door zijn ongezouten taalgebruik en zijn - zacht uitgedrukt - nonchalante verschijning.
Dat over zo'n in-het-oog-springende figuur een boek zou verschijnen zal niemand verbazen. Veel gekker is het feit dat het een stripboek geworden is waarin Van Rossem onderuitgehaald wordt en waarin hij in zijn hemd gezet wordt. Het boek geeft precies de sfeer weer van de vernietigende maatschappijvisie die Van Rossem er op na houdt: agressief, nietsontziend maar bij momenten grappig en vlijmscherp.
Wie zou het aandurven om zo'n beenhard scenario in elkaar te sleutelen! Wie zou een schaamteloos verhaal kunnen verzinnen waarin aangetoond wordt hoe bekrompen de belgische samenleving is?
Van Rossem zelf, natuurlijk. Wie kent Van Rossem beter dan Van Rossem zelf! Wie weet beter hoe Van Rossem denkt dan Van Rossem zelf! Zelfrelativering heet zoiets. Er duiken een hele hoop bekende Vlamingen in op en een aantal allusies op waargebeurde nieuwsfeiten, waardoor het voor Nederlandse lezers misschien moeilijker wordt om te volgen, maar het verhaal draait vooral om... wat dacht u!... geld! Het album heet dan ook De poenpakker - met een knipoog naar Lambik. Het bulkt van de sterke uitspraken en moet het hebben van de verbale agressiviteit. Maar zo is Van Rossem nu eenmaal.
Dit eerste album werd getekend door Erik Meynen, die hiermee na jarenlang werken zijn eerste geheide hit op zijn naam schrijft. De vraag is alleen hoe lang dit liedje uitgezongen zal worden. Het is leuk zolang het duurt, maar hoelang duurt het leven dat deze mediafiguur beschoren is! Wanneer krijgt het publiek genoeg van de grootspraak van Van Rossem! Hoe lang zullen de media nog op iedere zucht van Van Rossem springen en over iedere scheet rapporteren?
Maar laten we het van de grappige kant bekijken en genieten zolang het publiek het nog wil vreten...