De Goddelijke komedie behoort tot een van de hoogtepunten van de wereldliteratuur. Het werk, tijdens het eerste kwart van de 14de eeuw in honderd verhalende gedichten geschreven door Dante Alighieri (Florence 1265-1321), heeft een enorme invloed op de (schilder)kunsten gehad en is ontelbare malen beschouwd, becommentarieerd en geanalyseerd. Maar veel van de diepere lagen en contemporaine verwijzingen in het verhaal, onder meer geïnspireerd door Griekse mythologie, Arabische helleverhalen en middeleeuwse demonologie, maken het voor de moderne lezer niet meer makkelijk toegankelijk.
De Italiaans-Franse tweelingbroers Gaëtan Brizzi en Paul Brizzi (1951) besloten – volgens hun Ten Geleide in het boek na enige aarzeling – een ‘vulganiserende’ adaptatie te maken van het eerste deel: De hel, waarbij de essentie en het ‘verheven karakter van het universele kunstwerk’ bewaard bleef. In Dante’s hel doorkruist de hoofdpersoon Dante, in gezelschap van zijn leermeester, de Romeinse dichter Vergilius, de negen kringen van de hel op zoek naar zijn verloren geliefde Beatrice. Via de boot van de veerman Charon betreden zij de eerste kring, het voorgeborchte waar de ongedoopten en heidenen verblijven, om vervolgens af te dalen naar de volgende kringen waar per categorie onder meer de overspeligen, de gierigen, de ketters, de ‘gewone’ misdadigers, de bedriegers en de verraders hun lot ondergaan.
Tijdens hun zware tocht met veel lichamelijke ongemakken komen ze naast de talloze zondaars mythische figuren tegen als de Griekse koning Minos die recht spreekt in de hel, de driekoppige hellehond Ceberus die de vraatzuchtige zondaars uit de derde cirkel uit elkaar trekt, de Minotaurus, half stier, half mens en de Centaurs, paardachtigen met het bovenlichaam van een mens, die in de zevende kring (gewelddadigheid) een rivier van bloed bewaken
Uiteindelijk, in de negende kring van de hel, weten Dante en Vergilius via het lichaam van de harige duivel Lucifer, uit de hel te breken en zien zij het daglicht tegemoet, waarna Vergilius afscheid neemt en Dante zijn Beatrice ontmoet. Een aangepast einde, want in het oorspronkelijke werk moet Dante nog op reis door de Louteringsberg en de hemel.
Geen zuivere strip en geen echt geïllustreerd boek, maar een hybride vorm, dat stond de broers voor ogen. Daar zijn ze uitstekend in geslaagd. Het zijn vooral de vaak groots opgezette en dramatische tekeningen waarmee zij de hel verbeelden, werk dat doet denken en zich kan meten met dat van de Italiaanse graficus Piranesi, de houtgravures van Gustave Doré en de lithografieën van Honoré Daumier. Een prachtig boek om na het lezen nog vaak eens in te kijken en te genieten.
Paul en Gaëtan Brizzi zijn werkzaam als schilder, illustrator en animator. Zij stichtten in 1986 hun eigen, vaak bekroonde studio Brizzi films en werkten in de jaren 90 ook voor de Disney Studio’s. Eerder verscheen in het Nederlands hun stripalbum Céline en de kolonie van collaborateurs (Xtra) dat zij samen maakten met de scenarist Christophe Malavoy.