Dat is het eerste wat opvalt: de voetsporen kan de lezer al voelen vóórdat hij het nieuwste album van Milan Hulsing (1973) openslaat. De letters staan in het omslag geperst, geprägt op z’n Duits. Het bevat vijf verhalen van Karel Capek uit de jaren twintig, toen het modernisme de kunststroming van de avant-garde was. Hulsing geeft de tussenpagina’s de bijbehorende schwung: abstracte mathematische figuren terwijl voetstappen de verhalen verbinden. Die zijn fraai. Met slechts één steunkleur en nergens een klare lijn, in de stijl van Stad van klei, toont Hulsing een breed scala van emoties. Meneer Tomla, een op het eerste oog eerzame ambtenaar, wordt ’s avonds in zijn huiskamer beschoten. De politie informeert of hij vijanden heeft. ‘Ik? Ik ben praktisch een heilige!’, moppert Tomla. Maar ’s nachts gaat hij malen: wie heeft hij niet allemaal te kort gedaan? Onheus bejegend? Vernederd? ’s Ochtends is hij een monster.
Heldin uit De blauwe chrysant is het simpele meisje Klara, die je als lezer onmiddellijk wilt zoenen. Zij weet waar blauwe chrysanten bloeien. Landgoedeigenaar Lichtenberg wil ze hebben, vooral om ze zijn naam te geven. Maar Klara zwijgt en geniet, in een cel gegooid, van de maan tussen haar vingers (het toeval wil, dat juist tijdens de verschijning van Voetsporen een Japanse wetenschapper de tot dan onbestaanbare blauwe chrysant gekweekt heeft!). In Oplatka’s einde geeft een verteller grappig commentaar op Hulsings tekeningen: [het is]’ Veel donkerder dan de tekenaar hier weergeeft’.
Spannend is het titelverhaal, waarin een man op weg naar zijn huis verse voetsporen in de sneeuw ontdekt, die stoppen voor zijn huis. Capek, en dus ook Hulsing, haalt de nadruk weg van dat echte raadsel en geeft ruim baan aan het onnavolgbare gezwets van een agent, die de onheilspellende stappen van een eigen logica voorziet. Het mooie album (vormgeving Rob Westendorp) is humoristisch, spannend, ontroerend en houdt de mens een spiegel voor, de lezer incluis ( ‘misschien moet iedereen ‘ns beschoten worden’). Eén opmerking: de Tsjechische titel staat wel in het colofon, maar niet de Engelse, die de tekenaar gebruikt heeft. In het Nederlands: 'Verhalen uit de linker broekzak', en het tweede deel: …precies!