Na een trits succesvolle jeugdstrips sloeg tekenaar Hanco Kolk met de reeks Meccano begin jaren '90 een nieuwe artistieke weg in. Ook deze volwassenen-strip in Picasso-stijl bleek onmiddellijk een groot succes. Beauregard, het eerste deel, won een Stripschappenning, waarna het vervolg Gilette zo'n beetje alle bestaande stripprijzen wegkaapte die er maar beschikbaar waren. In 1996 volgde zelfs de Stripschapprijs voor Kolks gehele oeuvre en was het sprookje compleet. Maar hoe nu verder? De auteur had al onmiddellijk na Gillette een eerste aanzet gegeven voor een derde deel: vanaf juni '94 publiceerde hij in Algemeen Dagblad, dat indertijd driftig met kleurenstrips-op-grootformaat experimenteerde, afleveringen van een nieuwe Meccano-strip die inspeelde op de oorlog in Joegoslavië. De aanblik van soldaten, lijken en verwoeste huizen deed toenmalig minister van defensie Relus ter Beek verzoeken om deze publicatie te staken, teneinde 'onze jongens' niet te demoraliseren. De vele kritiek op de strip was alles behalve een stimulans voor Kolk, die dan ook opgelucht adem haalde toen het AD na enkele maanden besloot om bij gebrek aan succes het stripexperiment waar ook Meccano deel van uitmaakte te staken. De auteur stopte het half voltooide verhaal in zijn archief en ging het onderwerp opnieuw overdenken. Nu, vijf jaar later, heeft Kolk eindelijk zijn Balkan-ei gelegd. De kritieken uit '94 noopten hem tot meer impliciete verwijzingen naar de Joegoslavische burgeroorlog. De hoofdrol is niet langer voor een Blauwhelm (zoals in het AD), maar voor de aan lagerwal geraakte schlager-zanger Johnny Paul. Het ministerie van Defensie vraagt hem en enkele andere B-artiesten om naar het belegerde Meccano te gaan om daar het lijden van de bevolking met amusement te verlichten. (Een kwinkslag naar Ter Beek?) In meer militaire termen heet het: 'Middels korte, doelgerichte optredens op strategische punten in de stad zal u de partijen bewerken en rijp maken voor entertainment.' Een knap staaltje ironie, dat stukken beter uitpakt dan het oorspronkelijke AD-verhaal. Eenmaal in Meccano valt Johnny in handen van het verzet, dat hem dwingt zichzelf uit te geven voor accountant. Op entertainment heeft de agressor namelijk de doodstraf gezet, hiermee inspelend op het amusementsoffensief van de VN. Dit originele gegeven blijkt uiteindelijk wat mager voor een compleet stripverhaal. Het is een kapstok om de uitspattingen van de oorlog terloops te tonen: vernietiging, moord, verkrachting en een allesomvattende uitzichtloosheid. Het verhaal is een raamvertelling: Johnny praat met een jonge vrouw die na een bombardement haar laatste adem dreigt uit te blazen. Tragisch, maar niet spannend. En zo mist Schlager het dwingende element dat van voorganger Gilette juist een meesterwerk maakte. Het tekenwerk (voorzien van roodtinten als steunkleur) is uiteraard pico bello in orde, waarbij moet worden opgemerkt dat Kolk zijn vertelling uitmuntend regisseert en in beelden omzet. Zijn stijlvolle plaatjes kunnen echter niet het idee wegnemen dat Kolk met dit album kansen heeft laten liggen. Schlager is een solide topper in de Mickey Mouse-competitie van het Nederlandse beeldverhaal, maar van het brein achter Meccano mag je toch meer verwachten.